Tantaalmarkers
Zorgt voor visualisatie en verificatie van de plaatsing van het implantaat.
Piramidale tanden
Voorkom implantaatmigratie
Grote centrumopening
Biedt meer ruimte voor contact tussen bottransplantaat en eindplaat
Trapezium anatomische vorm
Om een goede sagittale uitlijning te bereiken
Zijdelingse openingen
Faciliteert vascularisatie
Verspreid stress om de balans tussen de verschillende lichaamsdelen te behouden
Herstel de normale cervicale lordose
Verminder de schade aan de voorste rand van de wervel tijdens het implanteren
Het anatomische ontwerp vermindert het risico op prolaps
Convex
Er zijn verschillende contra-indicaties waarmee rekening moet worden gehouden voordat een cervicale interbody cage (CIC) wordt geplaatst. Deze contra-indicaties kunnen zijn: Actieve infectie of systemische infecties: Patiënten met actieve infecties, zoals osteomyelitis of sepsis, zijn doorgaans geen geschikte kandidaten voor CIC-plaatsing. Dit komt doordat de procedure bacteriën of andere pathogenen in het operatiegebied kan brengen, wat tot verdere complicaties kan leiden. Ernstige osteoporose: Patiënten met ernstige osteoporose, een aandoening die wordt gekenmerkt door een lage botdichtheid en een verhoogd risico op fracturen, zijn mogelijk geen geschikte kandidaten voor CIC-plaatsing. De verzwakte botstructuur biedt mogelijk onvoldoende ondersteuning voor de cage, waardoor het risico op implantaatfalen toeneemt. Allergie of gevoeligheid voor implantaatmaterialen: Sommige personen kunnen allergisch of gevoelig zijn voor bepaalde implantaatmaterialen, zoals titanium of polyetheretherketon (PEEK). In dergelijke gevallen wordt CIC-plaatsing mogelijk niet aanbevolen en moeten alternatieve behandelingsopties worden overwogen. Onrealistische verwachtingen van de patiënt: Patiënten met onrealistische verwachtingen of patiënten die niet toegewijd zijn aan postoperatieve zorg en revalidatie, zijn mogelijk geen geschikte kandidaten voor CIC-plaatsing. Het is belangrijk dat patiënten een duidelijk begrip hebben van de procedure, de mogelijke resultaten en het vereiste herstelproces. Onvoldoende botkwaliteit of -kwantiteit: In sommige gevallen kan de patiënt onvoldoende botkwaliteit of -kwantiteit hebben in de cervicale wervelkolom, wat CIC-plaatsing uitdagend of minder effectief kan maken. In dergelijke gevallen kunnen alternatieve behandelingsopties, zoals anterieure cervicale discectomie en fusie (ACDF) of posterieure cervicale fusie, worden overwogen. Het is belangrijk om op te merken dat deze contra-indicaties kunnen variëren, afhankelijk van de individuele patiënt en diens specifieke medische toestand. Het is altijd het beste om een gekwalificeerde zorgverlener te raadplegen om de geschiktheid van CIC-plaatsing te bepalen op basis van de unieke omstandigheden van de patiënt.